Vakantie naar Salzburg 2016
Geplaatst: 16 apr 2020, 01:53
De tiende dag.
Wat gaat het hard.
Alweer de vijfde, en dus laatste dag op mijn vakantieverblijf in Oostenrijk. Morgen laat ik Salzburg achter mij, en begin aan mijn terugreis.
Natuurlijk via een andere route als de heenreis, want het is en blijft vakantie, en ik wil dus ook echt van alles wat er te zien is, genieten.
Voor vandaag had ik Berchtesgaden en de Konigssee op het programma staan. Volgens mijn navigatie een afstand van 36 km. Ik moet dus wel terug hiervoor naar Duitsland. Wat dat betreft ben ik vandaag een beetje een grenshopper.
Het is 9 uur, als ik klaar sta om te vertrekken. De zon schijnt volop, en de temperatuur is aangenaam. Niet te warm, maar heerlijk om te rijden.
De route loopt via Salzburg, waar ik de rivier de Salzach oversteek, en dan via een provinciale weg naar Berchtesgaden rijdt.
Langs deze weg ligt een smalle vluchtstrook, die ook gebruikt wordt door fietsers en bromfietsers. Dit, in combinatie met het rustige verkeer op een zondagmorgen, maakt, dat het een heerlijk ontspannen ritje is.
Als ik bij Berchtesgaden ben, besluit ik eerst door te rijden naar de Konigssee. Fout rijden is bijna onmogelijk, want als je de borden met daarop richting Konigssee aanhoudt, houdt de weg precies bij de Konigssee op.
Het is hier een drukte van jewelste. Er zijn dus meer mensen geweest, die dit bezoek voor vandaag gepland hadden. Ik parkeer mijn robuuste Kymco New Dink in een van de speciale vakken voor motoren, naast een paar andere tweewielers, die er veel zwaarder uitzien dan de mijne. Mannen in echte complete motorpakken kijken mij een beetje zielig aan als ik mijn helm afzet, en mijn jas uittrek en niergordel afdoe. Ik laat ze maar lachen, en wel om meerdere redenen. A) ik ben maar alleen en B) ze zien er veel jonger en sterker uit.
Na een kaartje te hebben gekocht bij de parkeerautomaat, kan ik dan rustig naar het meer toelopen.
Je loopt langs allerlei souvenirwinkels en komt dan in het midden van een piepklein dorpje uit. Dit is het plaatsje Schonau.
Hier lijkt het wel of je bij de efteling bent. Ik wilde namelijk meegaan met een boottochtje, maar de rijen voor de kassa’s waren zó lang, dat het minstens een uur zou gaan duren voordat ik een kaartje kon kopen. En dan moet je daarna nog wachten op je beurt om aan boord te kunnen gaan.
Ik ben een geduldig mens, maar dit was me teveel van het goede. Dan maar een stukje gaan lopen rondom het meer. Ook lekker, en het relaxt. Mijn oog viel meteen op een aardig terrasje aan het water. Dus….. tijd voor koffie met…… jawel , gebak. Dit keer kersenkuche.
Daarna mijn korte wandeling voortgezet, en natuurlijk wat foto’s gemaakt.
Aan de meest noordelijke kant van het meer is een kleine stuwsluis. Deze sluis vormt het begin van een riviertje wat vroeger gebruikt werd door houthakkers, om via het water, wat snelstromend is, het gekapte hout te vervoeren naar Berchtesgaden en verder.
De sluis, die voorheen geheel van hout was, dateert al van 1708.
Voor het laatst is deze sluis opgeknapt in 1940, en sinds de jaren 90 van de vorige eeuw wordt dit riviertje hiervoor niet meer gebruikt.
Het is echt een prachtig stukje Zuid Duitsland, waar hele grote bergen samen komen en een behoorlijk massief vormen. Het was meer dan de moeite waard om te bezoeken.
Op mijn weg terug ben ik Berchtesgaden in gereden, en ben een behoorlijk stuk omhoog gegaan .
Het is niet zo vreemd dat die slechte man in 1938 ervoor koos om hier zijn buitenverblijf te laten bouwen.
Momenteel is het vroegere Adelaarsnest, of wel het Kehlsteinhaus, tenminste wat er van over is, een cafe-restaurant.
Rustig vervolg ik mijn weg weer naar beneden, en vind de weg richting Salzburg.
Genietend van het prachtige weer, volop zon en 27 graden, rijd ik naar mijn hotel. Ik besluit hier lekker ontspannen op het terras te gaan zitten, en later hier ook mijn maaltijd te nuttigen. Daarna alvast wat spulletjes inpakken, en alles in orde brengen voor de rit van morgen.
Het is een hele tour geweest om hier te komen, en net nu het zo goed bevalt, is het weer tijd om terug te gaan.
Zo als mijn moeder mij geleerd heeft, altijd vertrekken als het nog leuk is, dan blijven de herinneringen veel mooier.
Als het kan, kom ik hier zeker nog eens terug. Voor wie het aandurft, een scooterreis is superleuk, en je ziet zoveel meer van de omgeving. Ook is het financieel veel aantrekkelijker dan met een auto.
Voor mij zit het er hier op.
Mijn volgende verslag gaat over mijn weg terug naar huis.
Anders, maar niet minder leuk, hoop ik.
Tot morgen.
Wat gaat het hard.
Alweer de vijfde, en dus laatste dag op mijn vakantieverblijf in Oostenrijk. Morgen laat ik Salzburg achter mij, en begin aan mijn terugreis.
Natuurlijk via een andere route als de heenreis, want het is en blijft vakantie, en ik wil dus ook echt van alles wat er te zien is, genieten.
Voor vandaag had ik Berchtesgaden en de Konigssee op het programma staan. Volgens mijn navigatie een afstand van 36 km. Ik moet dus wel terug hiervoor naar Duitsland. Wat dat betreft ben ik vandaag een beetje een grenshopper.
Het is 9 uur, als ik klaar sta om te vertrekken. De zon schijnt volop, en de temperatuur is aangenaam. Niet te warm, maar heerlijk om te rijden.
De route loopt via Salzburg, waar ik de rivier de Salzach oversteek, en dan via een provinciale weg naar Berchtesgaden rijdt.
Langs deze weg ligt een smalle vluchtstrook, die ook gebruikt wordt door fietsers en bromfietsers. Dit, in combinatie met het rustige verkeer op een zondagmorgen, maakt, dat het een heerlijk ontspannen ritje is.
Als ik bij Berchtesgaden ben, besluit ik eerst door te rijden naar de Konigssee. Fout rijden is bijna onmogelijk, want als je de borden met daarop richting Konigssee aanhoudt, houdt de weg precies bij de Konigssee op.
Het is hier een drukte van jewelste. Er zijn dus meer mensen geweest, die dit bezoek voor vandaag gepland hadden. Ik parkeer mijn robuuste Kymco New Dink in een van de speciale vakken voor motoren, naast een paar andere tweewielers, die er veel zwaarder uitzien dan de mijne. Mannen in echte complete motorpakken kijken mij een beetje zielig aan als ik mijn helm afzet, en mijn jas uittrek en niergordel afdoe. Ik laat ze maar lachen, en wel om meerdere redenen. A) ik ben maar alleen en B) ze zien er veel jonger en sterker uit.
Na een kaartje te hebben gekocht bij de parkeerautomaat, kan ik dan rustig naar het meer toelopen.
Je loopt langs allerlei souvenirwinkels en komt dan in het midden van een piepklein dorpje uit. Dit is het plaatsje Schonau.
Hier lijkt het wel of je bij de efteling bent. Ik wilde namelijk meegaan met een boottochtje, maar de rijen voor de kassa’s waren zó lang, dat het minstens een uur zou gaan duren voordat ik een kaartje kon kopen. En dan moet je daarna nog wachten op je beurt om aan boord te kunnen gaan.
Ik ben een geduldig mens, maar dit was me teveel van het goede. Dan maar een stukje gaan lopen rondom het meer. Ook lekker, en het relaxt. Mijn oog viel meteen op een aardig terrasje aan het water. Dus….. tijd voor koffie met…… jawel , gebak. Dit keer kersenkuche.
Daarna mijn korte wandeling voortgezet, en natuurlijk wat foto’s gemaakt.
Aan de meest noordelijke kant van het meer is een kleine stuwsluis. Deze sluis vormt het begin van een riviertje wat vroeger gebruikt werd door houthakkers, om via het water, wat snelstromend is, het gekapte hout te vervoeren naar Berchtesgaden en verder.
De sluis, die voorheen geheel van hout was, dateert al van 1708.
Voor het laatst is deze sluis opgeknapt in 1940, en sinds de jaren 90 van de vorige eeuw wordt dit riviertje hiervoor niet meer gebruikt.
Het is echt een prachtig stukje Zuid Duitsland, waar hele grote bergen samen komen en een behoorlijk massief vormen. Het was meer dan de moeite waard om te bezoeken.
Op mijn weg terug ben ik Berchtesgaden in gereden, en ben een behoorlijk stuk omhoog gegaan .
Het is niet zo vreemd dat die slechte man in 1938 ervoor koos om hier zijn buitenverblijf te laten bouwen.
Momenteel is het vroegere Adelaarsnest, of wel het Kehlsteinhaus, tenminste wat er van over is, een cafe-restaurant.
Rustig vervolg ik mijn weg weer naar beneden, en vind de weg richting Salzburg.
Genietend van het prachtige weer, volop zon en 27 graden, rijd ik naar mijn hotel. Ik besluit hier lekker ontspannen op het terras te gaan zitten, en later hier ook mijn maaltijd te nuttigen. Daarna alvast wat spulletjes inpakken, en alles in orde brengen voor de rit van morgen.
Het is een hele tour geweest om hier te komen, en net nu het zo goed bevalt, is het weer tijd om terug te gaan.
Zo als mijn moeder mij geleerd heeft, altijd vertrekken als het nog leuk is, dan blijven de herinneringen veel mooier.
Als het kan, kom ik hier zeker nog eens terug. Voor wie het aandurft, een scooterreis is superleuk, en je ziet zoveel meer van de omgeving. Ook is het financieel veel aantrekkelijker dan met een auto.
Voor mij zit het er hier op.
Mijn volgende verslag gaat over mijn weg terug naar huis.
Anders, maar niet minder leuk, hoop ik.
Tot morgen.